Algemeen

1. Het Vlaams kampioenschap pagschieten is een ééndagstornooi voor duo’s dat gespeeld wordt voor gemengde teams op zaterdag 26 augustus 2023 en voor dames- en herenteams op zondag 27 augustus 2023.

2. Het kampioenschap wordt dus gespeeld in ploegen van twee personen, hetzij met twee mannelijke spelers, hetzij met twee vrouwelijke spelers, hetzij met een gemengde ploeg. Iedere speler kan zich inschrijven voor 2 van de 3 reeksen:
2.1. Dubbel gemengd: zaterdag 26 augustus
2.2. Dubbel dames : zondag 27 augustus
2.3. Dubbel heren : zondag 27 augustus
Uurschema: onthaal 10:00u, lottrekking poules 10:15u, aanvang tornooi 10:30u.

3. De wedstrijden worden gespeeld op de pagvelden aan het Sint-Jozefcollege Turnhout, Oude Beersebaan 33 te Turnhout.

4. Inschrijven kan enkel via www.buitengewoonsporten.be (niet meer ter plaatse)

5. Inschrijven voor het Kempisch kampioenschap pagschieten kost € 25,00 per duo per reeks.

6. Sluiting van de inschrijvingen op woensdagavond 23 augustus om 21.00 uur.

7. Teams worden bij lottrekking verdeeld in poules. In de voorronde spelen alle ploegen van één poule tegen elkaar. De rangschikking per poule is bepalend voor het verdere verloop van het tornooi.

8. Ieder duo meldt zich voor aanvang van het tornooi bij de wedstrijdleiding.

9.1. De wedstrijdleiding zal via de omroepinstallatie melden welke ploegen tegen elkaar moeten spelen en ook op welk terrein deze wedstrijd zal gespeeld worden.

9.2. De organisatie behoudt het recht om ploegen die een extra lange of moeilijke ploegnaam kiezen om de wedstrijdleiding te irriteren of kritiek te uiten op het reglement of organisatie, te afficheren of om te roepen met een kortere of gemakkelijkere ploegnaam. Indien deze ploeg hier niet mee akkoord gaat, wordt ze uitgesloten van het tornooi.

9.3. Wanneer de organisatie van oordeel is dat eender welke vorm van communicatie door deelnemers of bezoekers niet gepast is, is de organisatie gemachtigd om deze spelers uit te sluiten of bezoekers en de ongepaste communicatie te verwijderen. Kosten voor mogelijke schade hierdoor kunnen niet verhaald worden op de organisatie.

10. Na elke wedstrijd wordt aan de kapiteins gevraagd om de wedstrijdfiche in te vullen en na afloop van de wedstrijd deze fiche in te leveren bij de wedstrijdleiding. De wedstrijdfiches zijn bevestigd aan de scoreborden aan de pagterreinen.

11. Deelnemers zijn niet verzekerd voor lichamelijke ongevallen en nemen dus deel aan dit tornooi op eigen risico.
Deelnemen aan het tornooi betekent dat de deelnemer kennis heeft genomen van deze richtlijnen en zich akkoord verklaard met het wedstrijdreglement.

Spelregels

1. Voor elke wedstrijd wordt er geloot door de kapiteins van de ploeg om te bepalen met welke kleur van paggen iedere ploeg speelt. De ploeg met de rode paggen heeft het voorrecht om bij de start van de wedstrijd als eerste te werpen bij de eerste werpronde van de eerste set.

2. Elke ploeg heeft vier paggen, 2 per ploeglid, waarmee gegooid wordt naar drie (3) houten staken die bevestigd zijn in de grond op een afstand van 12 meter, de driepikkel genoemd. Dames krijgen de mogelijkheid om te “schieten” (werpen) op een afstand van 11 meter. -14 jarigen en +75 jarigen schieten vanaf 10 meter, -12 jarigen vanaf 8 meter. Deze verkorte werplijnen zijn gemarkeerd langs de zijlijn.

3. In de poulerondes worden 2 sets gespeeld. Voor elke set geldt: de ploeg die als eerste 11 punten behaalt, wint de set. Bij de knock-out fase wordt er gespeeld naar 2 gewonnen sets. Een eventueel beslissende 3de set (belle) wordt gespeeld naar 7 punten.

4. Een speelveld heeft de afmeting van 28 meter in de lengte en 5 meter in de breedte en langs beide zijden in de lengte van het veld staat een driepikkel. Er wordt dus steeds na iedere werpronde naar de andere driepikkel geworpen.

5. De staken van de driepikkel steken ongeveer 1 tot 1.50 meter boven de grond – er hangt steeds een jutte doek over de top van de driepikkel, en dit om de paggen eventueel te poetsen voor het werpen.

6. Doel van het pagschieten is om de paggen te werpen naar de driepikkel en deze te laten steken tussen de staken van de driepikkel of om de pag zo dicht mogelijk te laten landen bij de middelste staak.

7. Om de eerste werpronde van de eerste set te starten zal een speler van het team met de rode paggen als eerste werpen. Bij alle andere werprondes zal de ploeg die gescoord heeft tijdens de vorige werpronde als eerste werpen.

8. Ieder team bepaalt zelf wie van de twee wanneer zal werpen, maar iedere speler moet zijn twee paggen zelf werpen.

9. Het werpen gebeurt ter hoogte van de markeringspaaltjes die langs de zijlijn van het terrein zijn geplaatst door met beide voeten achter een denkbeeldige lijn die de paaltjes verbindt te staan.

10. Een pag moet onderhands geworpen worden en om de veiligheid van de andere spelers te bewaren is het niet toegestaan om de pag horizontaal te laten “helikopteren”

11. Na de eerste worp, komt de tegenpartij aan de beurt, die gaat proberen een pag beter te gooien dan de reeds geworpen pag van de andere ploeg. Dit kan door de pag tussen de staken te werpen of de pag dichter bij de middelste staak te werpen.

12. Lukt de tegenpartij er niet in om de pag beter te gooien, dan moet een nieuwe poging ondernomen worden. Dit kan zo doorgaan, tot dat alle paggen (4) van één team zijn gespeeld. In dit geval heeft het andere team nog 3 paggen over die nog gespeeld kunnen worden en een kans maken voor een hogere score.

13. Lukt het de tegenpartij wel een pag beter te gooien, dan is het andere team weer aan de beurt.

14. De regel is dus dat je moet spelen (behalve bij aanvang van een werpronde) wanneer het andere team op punt ligt of als het andere team geen paggen meer heeft.

15. Het is de spelers ten strengste verboden geworpen paggen op te rapen of te verplaatsen vóór het einde van de werpronde. Aan het einde van de werpronde wordt iedere pag van de eigen ploeg die opgeraapt of verplaatst werd vóór het aantal punten is overeengekomen, nietig verklaard. Voor iedere pag van de tegenpartij die opgeraapt of verplaatst werd vóór het aantal punten is overeengekomen, zal de tegenpartij een punt toegekend worden. Over dit punt wordt geen enkele betwisting aanvaard.

16. Als alle paggen van beide teams geworpen zijn, wordt er gekeken hoeveel punten er zijn gescoord. Iedere pag die beter ligt dan de dichtstbijzijnde pag van de tegenpartij levert één punt op.

17. Indien er een pag TUSSEN de staken steekt, levert dit (tot nader order) 2 punten op (dubbeltreffer).

18. ECHTER: indien een ploeg een pag tussen de staken werpt of de pag door de botsingen tussen de staken belandt, wordt een eventuele dubbeltreffer van de tegenpartij (zij wierpen voorafgaand een pag tussen de staken) teniet gedaan. Dit wordt benoemd als een “overpag”. De te niet gedane pag zal echter bij het tellen van de punten wel in rekening gebracht worden bij het bepalen van welke pag die niet tussen de staken steekt het dichtst tegen de middelste staak ligt. Voor de totale puntentelling geldt: elke pag die LATER dan een pag of overpag van de tegenpartij tussen de staken steekt, levert 2 punten op (dubbeltreffer).

18.1. Indien een dubbeltreffer (“pag”) terug van tussen de staken wordt gesmeten, wordt deze dubbeltreffer teniet gedaan. Indien deze dubbeltreffer een overpag was, wordt de voorafgaande dubbeltreffer (de eerder overpagde pag) terug geldig.

18.2. Indien er bij een worp tegelijk een pag van de beide ploegen tussen de staken belandt (zowel een zwarte als een rode pag, die ervoor nog niet tussen de staken zaten), dan is dit een onbesliste worp en levert dit geen punten op. Vermits deze twee, elkaar opheffende paggen de rest van de worpen overtreft, kan men nu enkel nog verder scoren door een volgende overpag, OF door één van DEZE twee paggen terug uit de staken te caprioleren (zie ook 18.1). Indien de volledige werpbeurt onbeslist blijft, wordt de volgende werpronde als eerste geworpen door een speler van de ploeg die in de onbesliste werpronde als eerste mocht werpen.

19. Om de afstand van de paggen tot de middelste staak te meten, is er op ieder pagveld een meetstok aanwezig. Deze meetstok bevindt zich bij het scorebord.

20. Als er twee paggen die het dichtst en op gelijke afstand van de middelste staak liggen en toebehoren aan de verschillende ploegen, dan kunnen zich de volgende drie gevallen voordoen:
20.1. Geen van beide ploegen heeft nog paggen te werpen: de werpronde eindigt onbeslist en de volgende werpronde wordt als eerste geworpen door een speler van de ploeg die in de onbesliste werpronde als eerste mocht werpen.
20.2. Slechts één ploeg heeft nog paggen te werpen: die ploeg werpt deze paggen en behaalt zoveel punten als zij uiteindelijk paggen dichter bij de middelste staak of tussen de staken geworpen heeft.
20.3. Beide ploegen hebben nog paggen te werpen : de ploeg die het laatst geworpen heeft werpt nogmaals een pag, dan de tegenstander, vervolgens om beurten, totdat één der ploegen het punt heeft. Als slechts één ploeg dan nog paggen te werpen heeft, zijn de regels van punt 20.2 van toepassing.

21. Een winnend team kan per werpronde minimaal 1 punt en maximaal 8 punten scoren. (alle paggen van het winnende team werden tussen de staken geworpen na een eventuele dubbeltreffer van de tegenpartij.)

22. Het team dat de voorgaande werpronde heeft gewonnen, mag de nieuwe werpronde beginnen. Er wordt nu geworpen vanaf de denkbeeldige werplijn naast de driepikkel naar waar tijdens de vorige werpronde naar geworpen werd.

23. Het team dat als eerste 11 punten (of 7 punten bij een beslissende 3de set) bereikt, terwijl de tegenstander geen paggen meer heeft te spelen, is winnaar van de set.

24. De rangschikking na afloop van de eerste (poule)voorronde wordt bepaald door het aantal gewonnen sets en bij een gelijke eindstand telt het resultaat van de onderlinge wedstrijdwedstrijd (ook rekening houdend met de puntenscore bij een gelijkspel). Indien dit nog geen uitsluitsel geeft over de rangschikking is het totale puntensaldo tijdens de volledige voorronde bepalend (gescoorde punten – tegen gescoorde punten = puntensaldo). Indien dit nog geen uitsluitsel geeft over de rangschikking zal één extra werpronde bepalend zijn.

24.1. Indien er een dubbele voorronde plaatsvindt (bv. 2 voorrondes met telkens poules van 3 ploegen), wordt de uitslag van de 2 gezamenlijke voorrondes bepaald door:

1. som van de gewonnen sets
2. bij gelijke stand van gewonnen sets: totale puntensaldo van de 2 voorrondes (gescoorde punten – tegen gescoorde punten = puntensaldo)
3. Indien dit nog geen uitsluitsel geeft over de rangschikking zal één extra werpronde bepalend zijn.

25. Bij eventuele discussies betreffende de toepassing van de spelregels, kan één van beide teams de wedstrijdleiding betrekken bij de besluitvorming. Het oordeel van de wedstrijdleiding is steeds bepalend en staat niet ter discussie.

26. Indien noodzakelijk kan de organisatie tijdens het tornooi minimale aanpassingen aan het reglement ter verbetering van het wedstrijdverloop toepassen, met goedkeuring van de betrokken spelers.

De organisatie wenst U een prettig tornooi toe!